Roland Kalkman door wespen DEN HERTOG - HOUTEN
4 AVI M5 © 2023 Den Hertog B.V., Houten ISBN 978 90 331 3234 6 Omslagillustratie: Corné van der Horst Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij digitaal, elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
5 Buiten eten ‘Seth en Else, komen jullie eten?’ roept Seths moeder. ‘Ik heb geen trek,’ zegt Seth. Hij kijkt naar Else, die in de tuinstoel naast hem zit. ‘Veel te warm om te eten.’ ‘Ik ga pannenkoeken bakken,’ roept mama. ‘O, lekker,’ reageert Else. Ze geeft Seth een por. ‘Ja, lekker,’ zegt Seth. Hij komt half overeind. ‘Hoe warm zou het zijn?’ ‘Volgens de verwachtingen zou het vandaag 31 graden worden, maar dat is pas vanmiddag.’ ‘Het voelt als 50,’ zucht Seth. ‘Joh, stel je niet aan,’ zegt Else. ‘Wees blij dat het nog vakantie is. Als je nu in de klas zat...’ ‘Laatste weekje...’ zegt Seth. ‘Ik zag gisteren dat juf Marthe al bezig was op school.’ ‘Was jij op school?’ reageert Else. ‘Uit jezelf?’ Seth schiet in de lach. ‘Nee, niet op school, ik fietste erlangs toen ik een boodschap bij de supermarkt moest halen.’ Else kijkt hem aan met een lachje rond haar mond. ‘Jij fietst dus met een omweg zodat je bij school langs kunt gaan? Mis je school?’ Seth haalt zijn schouders op. ‘Neuh, maar ik dacht: misschien is er iemand op het plein. En toen zag ik dat juf Marthe met rode wangen met tafels liep te sjouwen.’ Else knikt. ‘En toen heb je haar geholpen?’
6 ‘Pff, nee, veel te heet om tafels te tillen.’ ‘Komen jullie?’ roept Seths moeder hen opnieuw. Ze staan op uit de tuinstoelen en lopen om het huis heen.Voor de geopende achterdeur staat een tuinset waar ze buiten kunnen eten. Mama staat onder het afdak bij de buitenkeuken. Net als Seth en Else aankomen, tilt ze haar pan op en keert ze de pannenkoek in de lucht om. ‘Wow!’ roept Else. Mama glimlacht. ‘Dat gaat sneller dan met de spatel,’ zegt ze. ‘Ik kan dat ook,’ zegt Seth. ‘Zal wel,’ zegt Else. ‘Mag ik de volgende doen, mam?’ ‘Heel graag,’ zegt mama. ‘Dan kan ik uitrusten!’ Ze laat de pannenkoek vanuit de pan op een stapel pannenkoeken glijden. Seth voelt de ogen van Else in zijn rug prikken. Het moet wel in één keer lukken. Hij schenkt wat beslag in de pan en wacht tot het opdroogt. ‘Laat ’m niet verbranden, hè?’ zegt Else. ‘Geduld,’ zegt Seth. Zijn vader heeft hem geleerd dat je niet te snel moet draaien, want dan plakt de pannenkoek nog aan de pan. Voorzichtig schuift hij de pannenkoek heen en weer in de koekenpan. Ja, hij is los. Met een sierlijke zwaai keert hij de pannenkoek in de lucht. Else klapt in haar handen. ‘Dat had ik niet gedacht, knap hoor!’ ‘Zo moeilijk is het nou ook weer niet,’ zegt Seth. ‘Zal ik het je leren?’ Op dat moment hoort Seth het grind van de oprijlaan knerpen. Hij doet een paar stappen naar achteren en kijkt naar de voortuin. ‘Papa komt thuis,’ zegt hij. ‘Die komt thuis lunchen,’ zegt mama.
7 Even later zitten ze met zijn vieren te genieten van de pannenkoeken. ‘Echt lekker,’ zegt Else. ‘Ik ben blij dat ik thuis ben komen lunchen,’ zegt Seths vader. ‘Dit is lekkerder dan een boterham uit een zakje.’ Seth schudt zijn hoofd. ‘U neemt nooit brood mee in een zakje,’ zegt hij. ‘Dat zei ik toch ook niet?’ zegt papa, terwijl hij Seth een knipoogje geeft. ‘Nog een?’ zegt mama. Ze legt bij iedereen nog een pannenkoek op het bord. ‘Wat wil jij erop?’ zegt Seth tegen Else, terwijl hij een flinke scheut schenkstroop op zijn pannenkoek doet. ‘Wil je de jam aangeven?’ zegt Else. Seth rolt zijn pannenkoek op. Hij neemt een flinke hap, maar aan de achterkant van zijn pannenkoek druipt de stroop op zijn handen. ‘O, Seth, een beetje minder mag wel,’ moppert mama. Seth likt zijn vingers af. ‘Wel lekker,’ zegt hij. ‘Dat vinden die wespen ook,’ merkt Else op. Op dat moment ziet Seth de wespen ook. Er zoemen er vier rond de eettafel. ‘O nee! Ik wil dat niet!’ roept Seth. Een van de wespen landt naast de klodder stroop die op de tafel is gevallen. Seth slaat naar de wesp, die gelijk opvliegt, maar dan blijft zoemen rond de hand van Seth. ‘Die heeft de dag van zijn leven,’ zegt papa. ‘Jam, stroop en poedersuiker. Feest voor de wespen.’ ‘Ik wil dat niet!’ zegt Seth weer, terwijl hij woest om zich heen slaat. ‘Relax, man,’ zegt Else. ‘Als je niet zo wappert, doen ze niets.’ Ze neemt onverstoorbaar een hapje van haar pannenkoek.
8 ‘Waarom zijn het er zoveel?’ klaagt Seth. ‘Omdat het augustus is,’ zegt Else. ‘Normaal zijn er toch geen vier tegelijk?’ zegt Seth. Papa schudt zijn hoofd en kijkt om zich heen. ‘Gisteren merkte ik het ook al. Ik denk dat er ergens een wespennest in de buurt zit.’ De vier wespen hebben het intussen op Seths bord voorzien. Met zijn vieren zoemen ze rond Seths pannenkoek. Seth probeert zijn bord te pakken, maar de wespen zwermen rondom zijn handen en hoofd. Hij springt op en rent bij de tafel vandaan. ‘Seth, ga eens zitten!’ zegt mama. ‘Else heeft wel een punt. Als je niet naar ze slaat, laten ze jou meestal ook met rust.’ ‘Weten die wespen dat ook?’ zegt Seth. ‘Ik vind er niets meer aan! Als ik zo dicht bij de tafel zit, kan ik geen kant op als ze me aanvallen.’ Een kwartiertje later heeft Seth toch een paar pannenkoeken op. Als compromis mocht hij van mama een stukje naar achter schuiven, zodat hij zich niet zo opgesloten voelde achter de tafel. Papa geeft mama nog een kus. ‘Ik ga, tot vanavond,’ zegt hij. ‘Ben je laat thuis?’ wil mama weten. ‘Uur of zes,’ zegt papa. ‘Ik zit de hele middag in bespreking met een nieuwe klant. Als er iets is, ben ik bereikbaar via Judith.’ Mama schudt haar hoofd. ‘Het moet wel heel ernstig zijn voordat ik je via je secretaresse ga bellen, hoor,’ zegt ze. Papa haalt zijn schouders op. ‘Je weet maar nooit...’ ‘Oké, succes,’ zegt mama. Ze draait zich om naar Seth. ‘Help jij opruimen?’ Seth knikt. Hij ziet dat Else al is begonnen.
9 Ze heeft de borden opgestapeld en negeert de wespen die om haar heen vliegen. Snel pakt Seth de glazen van tafel en brengt die naar de keuken. Binnen zitten die beesten gelukkig niet! Ook bij het zwembad zijn er geen wespen. ‘Zullen we de schuifpui open laten?’ stelt Else voor. ‘Het is zulk lekker weer.’ ‘Nee joh!’ reageert Seth. ‘Ik ben juist zo blij dat ons zwembad binnen is, met al die wespen in de tuin. Stel je voor dat we een buitenzwembad hadden en...’ ‘Tss, verwend mannetje met zijn eigen zwembad!’ reageert Else. ‘Ik zou best een zwembad in onze tuin willen hebben, hoor!’ Seth voelt dat hij rood wordt. ‘Je snapt wel wat ik bedoel. Houd de deur maar dicht. Zullen we twee doeltjes maken?’ praat hij eroverheen. Zonder op antwoord te wachten, pakt hij een paar pionnetjes. Aan twee kanten van het zwembad maakt hij een doel, door de pionnetjes neer te zetten. Zo kunnen ze een wedstrijdje spelen met de bal. Net als hij zich in het water laat glijden, vliegt de bal al over zijn hoofd heen. ‘1-0,’ zegt Else. ‘Da’s niet eerlijk, ik zat er nog maar net in!’ ‘Dan moet je sneller zijn,’ lacht Else. ‘Komen jullie wat drinken?’ komt mama hen na een poosje roepen. ‘Lekker,’ roept Seth. Hij klimt uit het zwembad en loopt in zijn zwembroek de achtertuin in. Zijn moeder heeft een zitje neergezet en hij ploft neer op een stoel.
10 ‘Nu is het lekker in de zon,’ zegt Seth. Mama komt de keuken uit lopen met een dienblad met glazen fris. Op het moment dat ze het neerzet, verschijnt de eerste wesp rond het dienblad. ‘Kunnen we niet binnen gaan zitten?’ zegt Seth. ‘Ben jij nou...?’ zegt mama. ‘In je natte zwemkleding? Het is prachtig weer.’ ‘Maar die wespen,’ zegt Seth. ‘Stel je niet aan,’ zegt mama, terwijl ze een slokje van haar sinas neemt. Seth ziet de wesp bij mama’s mond. ‘Pas op, bij uw mond!’ gilt Seth. ‘Relax, man!’ reageert Else. Mama wappert met haar hand naar haar gezicht. Ze tikt tegen de vliegende wesp en slaat de wesp tegen haar nek aan. De wesp dwarrelt naar beneden in mama’s kraag. ‘Auw!’ roept mama direct, terwijl ze de kraag van haar blouse naar beneden trekt. Ze veegt over haar hals en Seth ziet de wesp door de lucht suizen en op de grond vallen. Daar blijft de wesp zitten. Seth springt op, pakt mama’s boek van tafel en slaat op de wesp. Een, twee, drie keer. ‘Nou is-ie wel dood, hoor,’ zegt Else. ‘Net goed!’ zegt Seth. Hij draait zich om. Mama wrijft over haar nek. ‘Bent u geprikt?’ vraagt Seth volkomen overbodig. Mama knikt. ‘Ja, in mijn nek.’ Seth ziet dat mama een rode plek in haar nek heeft. ‘Ik ga er even zalf op doen,’ zegt ze, terwijl ze opstaat. ‘Zie je dat ze gevaarlijk zijn?’ zegt Seth tegen Else. ‘Tja...’ zegt Else. ‘Je moeder had pech dat-ie tussen haar kleding kwam. Als ze klem zitten, gaan ze steken.’
11 Seth gluurt naar zijn glas. Het ijsklontje dat erin zat, is bijna gesmolten. Op dit moment zijn er geen wespen te zien. Snel pakt hij zijn glas en slaat het achterover. Met een paar grote slokken drinkt hij de cola op. Meteen heeft hij spijt, want hij voelt dat hij nu een boer moet laten. Hij probeert het zachtjes te doen, maar hij krijgt een flinke por van Else. ‘Beter in de vrije lucht, dan in mijn nauwe buik,’ probeert hij nog. ‘Viespeuk!’ reageert Else. Voorzichtig gaat hij weer zitten in de tuinstoel. Else neemt alle tijd om haar drinken op te drinken. ‘Waar blijft je moeder eigenlijk?’ zegt ze na een poosje. ‘Geen idee,’ zegt Seth. Hij staat op en loopt naar de keuken. ‘Mam,’ roept hij door de hordeur heen, ‘gaat het?’ Er komt geen antwoord. Even twijfelt hij. Hij mag van zijn ouders niet met een natte zwembroek naar binnen, maar die is intussen al bijna droog. Hij trekt de deur open en stapt naar binnen. Meteen valt hem de afschuwelijke lucht op die in de keuken hangt. Alsof de wc niet is doorgetrokken, of nee... Zijn ogen moeten wennen aan het schemerdonker van de keuken. Dan ziet hij zijn moeder ineens zitten op de grond. Ze zit met haar rug tegen een keukenkastje aan en heeft haar ogen gesloten. Ze ziet lijkbleek, ziet Seth. ‘Mama!’ roept hij geschrokken. Hij hurkt naast zijn moeder, die haar ogen opent. Haar borstkas gaat wild op en neer, alsof ze keihard heeft gerend. ‘Mam, wat is er?’ roept hij. ‘Ik voel... me...’ Mama’s stem klinkt onnatuurlijk schor. ‘... voel me... niet goed...’ zegt ze uiteindelijk. Achter zich hoort hij Else binnenkomen. Ze hurkt naast Seth
12 voor mama neer en legt een hand op haar schouder. ‘Komt het door die steek?’ zegt Else. ‘Weet ik niet...’ krast mama. ‘Bent u allergisch?’ vraagt ze. Mama lijkt haar niet te horen. ‘Is je moeder allergisch? Voor wespen?’ zegt Else. ‘Weet ik veel,’ zegt Seth. Zijn gedachten vliegen alle kanten op. ‘Wat moeten we doen?’ ‘Ik bel 112,’ zegt Else. Seth ziet dat zijn moeder knikt, voordat ze opnieuw haar ogen sluit.
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==